283.658 coronavouchers uitgeschreven

Afgelopen weekend was de coronavoucher één jaar oud. Om de sector van de pakketreizen te behoeden voor faillissementen, voerde de Belgische overheid in maart 2020 de coronavoucherregeling in. Deze regeling schortte de verplichte terugbetaling van pakketreizen tijdelijk op en maakte het mogelijk om een tegoedbon te verstrekken ter waarde van het bedrag dat de reiziger heeft betaald voor de pakketreis. Met deze voucher kon de klant gedurende het jaar dat volgt een pakketreis of andere reisdiensten aankopen voor dezelfde waarde.

Onder de coronavoucherregeling werden er 283.658 vouchers uitgeschreven. Hiervan zijn momenteel nog vouchers met een totale waarde van 192.100.000 euro in omloop. Ook na afloop van de coronavoucherregeling werden er nog heel wat tegoedbonnen uitgeschreven aan de consument. Deze zijn evenwel niet beschermd tegen een eventueel faillissement van de reisorganisator. Hierbij gaat het om vouchers ter waarde van 43 miljoen euro, waarvan nog 30 miljoen euro in omloop.

“Door de aanhoudende crisis werd slechts een minderheid van de vouchers intussen ingeruild. Sinds afgelopen weekend kunnen reizigers dus de terugbetaling van hun voucher eisen van de reisorganisatoren. Dat is een heel zware financiële last voor de gehavende reissector, die momenteel trouwens nog steeds helemaal plat ligt en amper omzet draait”, laat Van Bossuyt weten.

Regering blijft talmen met steun aan reissector

De regering bevestigde in februari dat ze steun zou bieden aan de reissector in de vorm van een coronavoucherbank, een mechanisme waar Van Bossuyt al sinds september op aandringt. Maar deze is op heden nog steeds niet operationeel. “Sinds 20 maart kan de consument de terugbetaling vragen van de eerste zogenaamde coronavouchers. Maar tot op vandaag moeten wij horen dat er op Belgisch niveau nog altijd wordt onderhandeld over de modaliteiten van de coronavoucherbank. In Nederland is deze al even actief, waardoor de reissector daar wel geholpen wordt. Intussen zijn wij nog altijd over de modaliteiten bezig. Ik vind dat heel triestig. De overheid neemt haar verantwoordelijkheid hierin echt niet op.”